Kies Nederlands Switch to English
Roze Spreeuw
Roodkeelnachtegaal
Hoogwoud


Even geduld...

Dutch Birding volume 27 (2005) no 3

2005-3

Oosterse Zwarte Roodstaarten te IJmuiden, Nederland, en op Guernsey, Kanaaleilanden, in oktober 2003 en hun herkenning, verspreiding en taxonomie

Van 21 tot 23 oktober en van 28 tot 31 oktober 2003 werden twee verschillende Oosterse Zwarte Roodstaarten Phoenicurus ochruros phoenicuroides waargenomen in West-Europa. De eerste werd ontdekt aan de rand van de jachthaven van IJmuiden, Noord-Holland, Nederland, en de tweede bij Vazon Bay, Guernsey, Kanaaleilanden, c 570 km ten zuidwesten van IJmuiden. Gedrag en habitatkeuze waren typisch voor Zwarte Roodstaart. Dit zijn waarschijnlijk de eerste goed gedocumenteerde gevallen voor West-Europa. In West-Europa is één eerder geval van P o phoenicuroides: een vrouwtjes-type op 28 oktober 1993 te Zeebrugge, West-Vlaanderen, België, maar omdat dit niet erg goed gedocumenteerd is lijkt het onwaarschijnlijk dat dit aanvaardbaar blijft. Een waarneming in Hamra, Gotland, Zweden, op 15 november 1986 is niet op ondersoort gebracht en is aanvaard als mannetje met kenmerken van P o ochruros/rufiventris/ semirufus. In tabel 1 staan mogelijke en waarschijnlijke waarnemingen in Europa tot 2003.
De zeldzaamheid van Oosterse Zwarte Roodstaart is opvallend gezien het feit dat dit taxon een lange-afstandstrekker is met een broed- en overwinteringsgebied dat vergelijkbaar is met soorten als bijvoorbeeld Humes Bladkoning Phylloscopus humei en Daurische Klauwier Lanius isabellinus, beide regelmatige dwaalgasten in West-Europa. De reden hiervoor zijn waarschijnlijk: 1 de meeste onvolwassen mannetjes Zwarte Roodstaart (van iedere ondersoort) hebben een vrouwtjes-type kleed en zijn daarom moeilijk te herkennen waardoor ze in het veld niet opgemerkt worden; en 2 er is in Europa in de laatste 10 jaar een aantal vermoedelijke en zekere hybride Zwarte x Gekraagde Roodstaart P phoenicurus waargenomen (alle in voorjaar en zomer). Deze vogels kunnen sterk op P o phoenicuroides lijken, wat identificatie moeilijk maakt. Toch blijkt er een aantal constante verschillen te bestaan tussen deze hybriden en P o phoenicuroides: 1 de kleur van de onderborst, buik en flank van P o phoenicuroides is meer uniform dan bij hybriden; 2 hybriden hebben vaak een lichte vleugelvlek (niet bij P o phoenicuroides); 3 hybriden hebben op de midden- en onderbuik een lichte/witte kleuring, vergelijkbaar met Gekraagde Roodstaart; P o phoenicuroides is hier uniform oranje-rood gekleurd; 4 P o phoenicuroides heeft een versmalling op de buitenvlag van p3-6 (gelijk aan andere ondersoorten van Zwarte Roodstaart), bij hybriden is dit op p3-5 en soms op p6 maar dan minder duidelijk en korter; en 5 hybriden hebben een andere vleugelformule wat resulteert in een andere lengteverhouding tussen p5-6 en p6-7; bij hybriden is dit 1:1.2 tot 1:1.3, terwijl dit bij P o phoenicuroides gemiddeld 1:2.19 is (bandbreedte van 1:1.57 tot 1:3.0).
Zowel de vogel van IJmuiden als die van Guernsey toonden alle genoemde kenmerken. De lengteverhouding tussen p5-6 en p6-7 van beide vogels is gemeten op 1:2.0 en valt dus ruim binnen de marge van P o phoenicuroides.

Laurens B Steijn, Transvaalstraat 10a, 1092 HK Amsterdam, Netherlands
(lbsteijnhotmail.com)



terug