Lars Svensson, Killian Mullarney & Dan Zetterström 2015. Harper Collins. ISBN 9780007268146 . Paperback, hardback, 392 pp. Prijs: € 24,99 Verkrijgbaar bij Veldshop.nl.
Bij mijn weten zijn zowel de eerste als de tweede (en herziene) druk van deze veldgids - beide ook in het Nederlands verschenen, als de bekende 'ANWB-Vogelgids' - nog niet besproken op deze site. Maar iedereen kent deze gids inmiddels al uit zijn/haar hoofd, dus ik ben niet van plan om het boek hier uitgebreid te recenseren. Daar komt nog bij dat het simpelweg de beste veldgids voor Europa (en eigenlijk ook de WP) is, dus een boekbespreking zou daarmee kunnen volstaan.
Toch is het goed om de meest recente versie van de 2e druk, die afgelopen januari is verschenen, hier even kort aan te halen. Want ondanks dat deze op het eerste gezicht identiek is aan de eerdere versie van de 2e druk uit 2010 (en ook nog hetzelfde ISBN-nummer heeft), hebben de auteurs, illustratoren en de uitgevers 'stiekem' wel wat wijzigingen doorgevoerd die de moeite van het vermelden waard zijn. Maar waar de aanpassingen en toevoegingen van de tweede druk, ten opzichte van de eerste druk, overduidelijk en velerlei zijn; de verschillen tussen deze laatste editie en de vorige zijn klein maar fijn.
Om te beginnen worden in de nieuwste versie zeven soorten meer behandeld (720 vs. 713). In de meeste gevallen zijn dat splits en betreft het meer een aanpassing van (onder)soortnaam, maar ook zijn bij een aantal van deze 'nieuwe' soorten nieuwe tekst en tekeningen toegevoegd. Een mooi voorbeeld van dit laatste zijn de baardgrasmussen: Moltoni's is toegevoegd als soort (en Westelijke- en Balkangrasmus zijn ook gesplit) en meteen afgebeeld. Wel een beetje raar dat het 'staartkenmerk van Svensson' in de tekst summier aan bod komt. De meeste andere splits zijn voor de meeste lezers van Dutch Birding al gemeengoed, zoals Atlasbergvink/Rode Bergvink, de roodborsttapuiten, Swinhoes Boszanger en Balearische Grasmus. Ook de beide maquiszangers worden door Svensson et al. als aparte soorten gezien, terwijl deze zelfs in 'onze eigen' WP-namenlijst nog niet eens zijn gesplit! Al lag deze natuurlijk wel enigszins voor de hand sinds het uitgebreide relaas in Dutch Birding no. 2 van jaargang 35 (2013). Daarnaast worden sommige vormen nu formeel als taxon gezien, zoals Basalttapuit. Veel wijzingen zijn dus taxonomisch van aard (incl. vele wetenschappelijke naamsveranderingen), maar in een flink aantal gevallen zijn teksten aangepast en tekeningen vernieuwd. Dit zijn vaak geen schokkende aanpassingen, maar een snelle blik levert al gauw ook nieuwe afbeeldingen op. Zo is bij Zwartkeelheggemus nu ook de 'variant' toegevoegd zoals die weleens typisch zou kunnen zijn voor de Oeral-populatie, en is Turkse Frater nieuw afgebeeld.
Via www.rarebirdalert.co.uk is een lijst naar buiten gebracht met de verschilpunten ten opzichte van de vorige versie van de 2e druk, en deze is via bovenstaande link van Veldshop.nl ook te raadplegen. Maar ik moet zeggen dat ik sommige van de genoemde verschillen niet zie, vooral niet waar tekeningen zouden zijn aangepast. Al kan dat natuurlijk aan mijn ogen liggen. Toch is het een beetje vreemd dat deze nieuwste versie - met al zijn wijzigingen - zonder enige bombarie is gepubliceerd. Het boek is trouwens een paar bladzijden dunner dan zijn voorganger, en dat is bijvoorbeeld te wijten aan het deleten van bijvoorbeeld de inleidende tekst bij de Sylviidae zoals we die kennen uit de eerdere 2e druk.
Toch is er ook nog wel ruimte voor verbetering of (beter gezegd) toevoegingen en aanpassingen. Natuurlijk zijn er om te beginnen nog meer splits of andere taxonomische indelingen mogelijk (met nieuwe teksten en tekeningen!), denk aan de klapeksters, Madeira Stormvogeltje(s), de beide Dunn's Leeuweriken, (Atlas-)strandleeuweriken en Kaukasische Waterpieper. Daarnaast ontbreekt bijvoorbeeld Azorengoudvink. Toegegeven; die zien er niet veel anders uit dan hun Europese nichtjes, maar toch. Ook hoop ik dat een volgende druk bij de 'voice' van Huiskraai het niet meer over 'quiet' zal hebben, want die beesten zijn alles behalve stil.
Tenslotte wordt het wel eens tijd om de bijlagen met (extreme) dwaalgasten en exoten (de zogenaamde 'categorie C-soorten') bij te werken. Dat is bij een enkele soort wel gedaan, maar hier valt nog een flinke slag te gaan. Al is dit natuurlijk niet de kerntaak van een veldgids. Mogelijk komen deze - en andere vernieuwingen - aan bod in de 3e druk. En hopelijk wordt deze dan minder geruisloos uitgebracht!
Kortom, voor wie de nieuwste informatie wil, verzamelaars van deze (of alle) veldgidsen en/of zij die nog steeds 'Zien is (ont)kennen' gebruiken, is deze nieuwe druk van harte aan te bevelen.
Gert Ottens
6636 views
Reacties:
Door: Davy Bosman, zaterdag 1 augustus 2015 16:09 |
Waarom noem je een kat geen kat, Gert! De reden waarom ze die update zonder veel bombarie hebben uitgebracht, is omdat ze natuurlijk nog een karrevracht oude versies aan het vogelende plebs wilden slijten! Ik ben er ook zeker van dat ze al een alternatieve reden klaar hebben voor spincontrol! Alhoewel ik vermoed dat dat laatste voor Max niet nodig is. Die gelooft toch alles! ;-))) Kortom, het zijn niet allemaal non-profit organisaties zoals die 'goedzakken' van Dutch Birding. |
Gewijzigd op: 2015-08-01 16:10:28 |
Door: Davy Bosman, zaterdag 1 augustus 2015 16:29 |
En bovendien is zo'n vogelgids een beetje als de playboy. Die laatste koop je ook voor de plaatjes en niet zozeer voor de inhoud! Tenzij je Arnoud of Rudy heet natuurlijk! |