Dutch Birding volume 33 (2011) no 1
Taimyrmeeuwen: bewijzen voor Pacifisch overwinteringsgebied en gegevens over morfologie en broeden
Taimyrmeeuwen Larus taimyrensis zijn grote witkoppige meeuwen die broeden op het Taimyrschiereiland in het uiterste noorden van Centraal-Siberië, Rusland (figuur 1). Het is niet goed bekend waar ze overwinteren. Oorzaken zijn een gebrek aan terugmeldingen en onzekerheid over herkenning buiten de broedgebieden. Daarom wordt een korte beschrijving gegeven van het uiterlijk, geïllustreerd met foto's uit het broedgebied, en wordt kort ingegaan op het voorkomen op Taimyr.
Tussen 1977 en 2008 werden c 750 Taimyrmeeuwen op Taimyr geringd en er zijn tot en met 2010 zes terugmeldingen bekend van elders (tabel 1). De terugmeldingen duiden op een zuidoostelijke trekroute en op de noordwestelijke Pacifische kust als overwinteringsgebied (figuur 2). De resultaten zijn niet in overeenstemming met suggesties in oude handboeken dat Taimyrmeeuwen naar het zuidwesten vliegen en rond het Arabische schiereiland, langs de Kaspische Zee of in Oost-Afrika overwinteren. Verwarring met Heuglins Meeuw L heuglini en met Pontische Meeuw L cachinnans ligt hieraan ten grondslag. Het aantal terugmeldingen is laag en daarom is niet uitgesloten dat sommige Taimyrmeeuwen elders overwinteren. Foto's uit de broedgebieden zijn bestudeerd door ornithologen in Oost-Azië. Dat leidde tot de conclusie dat meeuwen die zij taimyrensis noemen sterk lijken op de broedvogels van Taimyr en dat het om dezelfde populatie moet gaan. In de discussie wordt ingegaan op een meer precieze omgrenzing van het wintergebied. Er is nauwelijks iets bekend over de winterecologie van Taimyrmeeuwen en veel ogenschijnlijk geschikte gebieden in Oost-Azië worden niet of nauwelijks bezocht door ornithologen. Een vergelijking wordt gemaakt met trekpatronen en wintergebieden van Mongoolse Meeuw L (vegae) mongolicus (figuur 3) en er blijken aanwijzingen te zijn dat Taimyrmeeuwen vermoedelijk verder zuidelijk overwinteren, wellicht vooral langs de kusten van de Oost-Chinese Zee en Zuid-Chinese Zee. Waarnemingen van gemerkte vogels zijn nodig om dit vermoeden te bevestigen. Hetzelfde geldt voor het al dan niet vaststellen van het overwinteren van een deel van de populatie langs de kusten van het Arabische schiereiland.
Klaas van Dijk, WIWO, Vermeerstraat 48, 9718 SN Groningen, Netherlands
(klaas.vdijkhetnet.nl)
Sergei Kharitonov, Bird Ringing Centre of Russia, Moscow 117312, Russia
(serpkhgmail.com)
Holmer Vonk, WIWO, Begoniastraat 1, 6982 CT Doesburg, Netherlands
(holmervxs4all.nl)
Bart Ebbinge, Alterra, Postbus 47, 6700 AA Wageningen, Netherlands
(bart.ebbingewur.nl)
terug