Eigenlijk raakte hij pas rond 2004 echt geïnteresseerd in vogels. In 2005 deed hij mee aan de vogelherkenningscursus van Vogelwerkgroep Het Gooi. Sinds vier jaar voert hij waarnemingen in op waarneming.nl. De nieuwe Nederlands recordhouder Jaarlijsten Pieter Doorn (58) kan met recht een laatbloeier genoemd worden. Dat vindt-ie zelf ook. ,,Vergeleken met veel Dutch Birders ben ik nog maar een broekje'', aldus Pieter Doorn, net terug van een dagje Westkapelle. Kwart over vijf op, half zeven thuis, met als beloning Kleine Alk, nummer 348 op de Jaarlijst. Een dag zoals zovelen in 2013. ,,En dan is het nog vroeg donker deze dagen. Morgen plan ik een dagje Zuid-Limburg. Voor de maandlijst. Doe ik ook aan.'' Het houdt dit jaar even niet op in Huize Doorn in Huizen (waar de teller inmiddels op 349 (Ruigpootuil) staat)*.
Een late starter dus, maar de interesse heeft er altijd wel ingezeten. Vanaf halverwege jaren zeventig maakt Pieter met onafscheidelijke metgezel en echtgenote Maartje een paar reizen per jaar. Hij is op de Zuidpool geweest, en merkte aan boord ook de Deense vogelaars op, die behalve veel dronken ook naar pinguïns en albatrossen keken. Hij liep op de Galapagos Eilanden, waar hij was om te duiken, zijn andere hobby. Hij ging naar Panama, omdat hij graag het Panamakanaal wilde zien. ,,We hadden twee dagen over, en we zagen een briefje hangen in de receptie 'Wie wil er mee naar de Harpy Eagle?' Dat leek ons wel wat. En dan zit je ineens in een kano midden in de jungle, op zoek naar die vogel. En gevonden ook.'' In Kameroen gingen ze op safari. ,,Voor welgeteld één olifant en één giraf. De rest was daar al uitgemoord. Begint daar ineens ene Rolf , een vogelaar, bovenop de jeep allerlei vogelsoorten door te geven. Verdorie, da's leuk!'' Inmiddels hebben Maartje en Pieter al diverse vogelreizen gemaakt, naar onder meer Gambia, Finland, Papua, Peru, Spanje, Bulgarije, Israël en Brazilië.
Het kan snel gaan met laatbloeiers. Vorig jaar was Pieter heel fanatiek aan het jaarlijsten. ,,Alwin Borhem was al een paar jaar bezig met pogingen om het jaarrecord van Jan Wierda te verbreken en vroeg begin 2012 of ik wilde helpen en zijn 'haas' wilde zijn. Dat wilde ik wel doen, en ik ging er voor,. Het werd nog spannend ook. Ik probeerde eerder bij de soort te zijn dan Alwin, en ben daardoor zeker een extra stimulans voor hem geweest. Wat dat betreft heb ik als haas goed gefunctioneerd. Uiteindelijk kwam ik vijf soorten te kort om gelijk met hem te komen. Gemist omdat ik op vakantie was. Het leuke, of niet leuke..., was dat wij in Bulgarije een mooie Kleine Klapekster zagen, terwijl er op hetzelfde moment eentje in Amsterdam zat.''
Louis van Gaal
Dit jaar was Pieter zelf de jager. Het ging hem niet om het verbreken van het record. ,,Van mij had Alwin nog jaren recordhouder mogen wezen. Ik wilde gewoon een keer nummer 1 worden. Een keertje mijn naam in de boeken. Meer niet. Maar op een gegeven moment bleek dat er meer in zat.'' Dat ging en gaat ook aan vogelend Nederland niet voorbij. Pieter wordt regelmatig gebeld met tips of info over een soort, zeker deze laatste maanden. ,,Je wil niet weten hoeveel Louis van Gaals ik heb!''
Dat coachen kan dan zo gaan. Pieter wordt gebeld vanaf Vlieland, met de mededeling dat er een geheide Roodkeelpieper ter plaatse bij Arnhem zit. Nadere gegevens volgen. Pieter weet helemaal niet hoe of wat precies, maar stoomt direct op naar Arnhem. Onderweg in de auto bij Arnhem komen de beloofde gegevens door. Het blijkt te kloppen en de soort is binnen.
De Roodkeelpieper was toevallig lastig dit jaar, maar verder kan 2013 als een topjaar voor 'listers' de boeken in. Pieter wil wel graag de indruk wegnemen dat het dit jaar makkelijk was om het record te verbreken. ,,Het is zeker een mooi jaar, maar het gaat echt niet zo maar even. Ik ben 22 keer naar Camperduin geweest voordat ik de Vale Pijlstormvogel had. Elke dag om zeven uur op de telpost en dan uren zitten. Ja, ik heb wel een enorme drive. Ik ben er zeven dagen per week bijna fulltime mee bezig. Dankzij Maartje zit er nog een béétje stop op.''
Waar Maartje zijn medevogelaar is, ziet Pieter Toy Janssen als zijn 'adviseur'. Toy, zelf ook al op 329 soorten dit jaar, is vaste reisgezel in de weekenden, geeft adviezen en tips, is een grote stimulator maar weerhoudt Pieter soms ook van al te drieste acties. ,,Ik stond al klaar om naar een Rosse Franjepoot op Vlieland te gaan. Dat vond Toy niet zo slim, want ik zou dan een hele dag weg zijn en zo'n Rosse Franjepoot zou echt nog wel komen later in het jaar. En dat was uiteraard ook zo.''
Met Toy werd in juni nog een voorspellijst opgemaakt, met 347 soorten. Dat klopt dus heel aardig. Enkele soorten zijn niet uitgekomen, maar er zijn ook een paar 'bonussoorten' binnengehaald, met 349 als (voorlopig?) fantastisch eindresultaat. Pieter: ,, Ik heb het recordjaar niet uitgekozen, maar ik denk dat het jaar mij heeft uitgekozen!''
Jaarlijstrecordhouder Pieter Doorn: ,,Het jaar heeft mij uitgekozen.''
Misser
Er moeten vaak keuzes gemaakt worden, en dat is niet altijd makkelijk. ,,Gaan we naar DT2 op Vlieland? Mhm, als je op een eiland zit ben je toch vrij beperkt. Dus op het vaste land gebleven en naar de telpost De Vulkaan gegaan, in de hoop op een Siberische Boompieper. Van de telpost zijn we naar een Dwerggors in Oudekerk geweest. Toen kwam de piep "Kleine Spotvogel" van Vlieland, dus op richting Harlingen. Onderweg de watertaxi gebeld, maar de een was niet op het eiland, de ander was volgeboekt. De 'officiële' watertaxi die om 17.00 uur zou vertrekken was ook geboekt. Wij toch er naar toe, in de hoop dat er nog plaatsen vrij waren. We hadden geluk, en konden mee. Uiteraard tegen betaling van ons deel. Op Vlieland hadden Toy en Alwin al fietsen geregeld. Ze pakten onze bagage aan wij konden gelijk naar de plek. Maar helaas, na twee uur zoeken hadden we de vogel nog niet gevonden. De volgende dag hebben we tegen beter weten in nog een keer de plek afgezocht. Tevergeefs.
Failliet
Waar haalt die man toch al die tijd vandaan? Drie jaar geleden ging het installatiebedrijf waar Pieter en Maartje werkten failliet. Ze stonden beiden tegelijk op straat. ,,Niet best natuurlijk, maar we hebben tegen elkaar gezegd 'Kop op, we gaan genieten'. We kunnen dit ook doen. We hebben ruim 40 jaar gewerkt, hebben geen kinderen en nauwelijks woonlasten meer. Onze andere hobby, het verkopen van grammofoonplaten, levert nog wat op ook. En merkkleding en zo doe ik niet aan. Ik heb nog zoveel T-shirts van al die concerten die ik heb bezocht! Haha!''
Pieter is een sociaal dier. Hij praat makkelijk, heeft met iedereen een babbeltje. ,,Dat heeft z'n voordelen bij het jaarlijsten, maar ook breder bezien. We zijn ons werk kwijtgeraakt en daarmee een heel sociaal netwerk. We moesten anders leren leven, met elkaar en met de buitenwereld. We hebben nu een heel nieuw sociaal netwerk, in de vogelaarswereld.''
Het fanatieke jaarlijsten roept ook af en toe vreemde en soms negatieve reacties op: 'Je bent gek', 'Denk toch aan het milieu', 'Wat heeft het voor zin?'. ,,Tsja, de kilometerteller staat ruim op 75.000. Het valt niet te ontkennen. Maar we carpoolen ook veel. Iedereen heeft het over die kilometers, maar zeker het vermelden waard is dat ik maar voor 65 euro aan bekeuringen (voor de Rosse Waaierstaart, red) heb gekregen over het hele jaar. En ach, het was maar voor een jaartje. Volgend jaar gaan we weer lekker rustig vogelen.''
Pieter Doorn en zijn vogelmaat en 'adviseur' Toy Janssen vieren soort nummer 342, de Vale Gierzwaluw op Vlieland, waarmee het record werd verbroken.
P6 en P8
Als laatbloeier op leeftijd leert Pieter nog bij als een jonge hond. Er gaat altijd literatuur mee naar een nieuw soort. Onderweg leest Maartje uit de boeken voor op welke kenmerken ze moeten letten, en luisteren ze ook de roepjes en zang af. ,,Zo komen we beslagen ten ijs.''
Pieter wil ook al zijn soorten op de lijst echt goed zien. De Steppevorkstaartplevier kon hij als zeker op zijn lijst bijschrijven, maar het was al schemerig en ze hadden de kenmerken niet goed gezien. De volgende dag zijn ze teruggegaan om de vogel en alle kenmerken goed te zien. ,,Het gaat me niet alleen om het vinkje hoor! Dat geeft denk ik toch wat goodwill bij de collega vogelaars.''
Hij vindt zichzelf vooral een 'jizz-vogelaar'. ,,Als we op de telpost staan en er vliegt iets langs, dan zie ik het als het niet een normale soort is maar iets anders. Doordat ik nu veel op telposten sta gaat het me inmiddels beter af om de soorten op naam te brengen. In geluiden ben ik nog niet zo sterk; daar is Maartje beter in. Mijn oren zijn ook wat minder. Voorlopig pas ik nog even als ik die jongens over sonogrammen hoor, of over p6 langer dan p8, maar we blijven oefenen en leren.''
Maartje, Toy en Pieter: in opperbeste stemming na het zien van (alweer!) een Vale Gierzwaluw op de Oosterscheldekering (foto: Mary van der Es)
Het is volgens Pieter nu (half november) wel een gelopen race. Niemand kan hem meer inhalen. Willen het er nog meer worden dan 349, dan moeten er rare dingen komen. Maar zo 'rare' zijn soorten als Witkopeend, Sneeuwuil, Notenkraker en Witstuitbarmsijs niet ...
Pieter tot slot: ,,Bij deze wil ik iedereen bedanken voor de mailtjes, telefoontjes, appjes en support in het veld of via facebook. Ik noem verder geen namen, omdat ik bang ben dat ik dan iemand vergeet.''
Gijs van der Bent
*De record-jaarlijst 2013 van Pieter Doorn is uiteindelijk gekomen op 354 soorten, met de Sneeuwuil op Vlieland op 31 december als ultieme kers op de taart. De lijst en de verschillen met de jaarlijst 2012 van Alwin Borhem, zijn HIER te bekijken.
20792 views