Korting voor DBA-begunstigers op Extremadura-reis met BirdingBreaks.nl
Eind februari, Extremadura, Spanje. Groepen Boerenzwaluwen Hirundo rustica boven de plassen, Ooievaars Ciconia ciconia op de nesten, boven een terrasje aan een dorpsplein bouwt een Huiszwaluw Delichon urbicum aan z´n nest, en langs de weg zitten Kuifkoekoeken Clamator glandarius op hun uitkijkposten. In de schemering scheren groepen Vale Gierzwaluwen Apus palidus luid roepend achter elkaar aan door de straten van Cáseres, waar de eerste Kleine Torenvalken Falco naumanni al zijn gearriveerd en rond de eeuwenoude torens in het centrum bakkeleien met de Kauwtjes Corvus monedula. Waar Noordwest-Europa nog zucht onder sneeuw, vorst, regen en koude wind, lijkt hier de winter al weer ver weg. Het is rustig weer, zonnig en een graadje of 20. Kraanvogels Grus grus zijn er nauwelijks meer in de dehesa´s, het typische landschap met (kurk)eiken.
Extremadura biedt in alle jaargetijden een overweldigende vogelrijkdom, qua aantallen en zeker ook qua soorten. Over het belang van deze Spaanse regio voor soorten als Monniksgier Aegypius monachus , Spaanse Keizerarend Aquila adalberti, Grote Trap Otis tarda, Kleine Trap Tetrax tetrax, Witbuikzandhoen Pterocles aichata en Zwartboekzandhoen Pterocles orientalis kan alleen maar in superlatieven worden gesproken. Voor wie even niet kan wachten op de lente in Nederland is een tripje van een paar dagen naar de Extremadura in de late winter voldoende om de Mediterrane lente op te kunnen snuiven en veel specialiteiten van de streek ´op te rollen´ Nog niet alle soorten zijn terug, en zeker voor gewilde soorten als Kaffergierzwaluw Apus caffer en Moorse Nachtzwaluw Caprimulgus ruficollis is het ook hier nog (lang) wachten. Daar staat tegenover dat de altijd lastige grote arenden de rustige ´winterdagen´ in februari benutten om te baltsen. Het gebied is met 41.600 vierkante kilometer iets groter dan Nederland, heeft 1,1 miljoen inwoners en ligt grofweg halverwege de lijn Madrid - Lissabon (Portugal). De verbindingen met het gebied zijn uitstekend.
Dé star bird van heel Spanje en de Extemadura is ongetwijfeld de Spaanse Keizerarend, een soort op zichzelf na de afsplitsing van de Keizerarend Aquila heliaca van Oost-Europa. Hun aantal wordt niet in duizenden, maar in honderden uitgedrukt. Het aantal broedparen in heel Spanje wordt gesteld op circa 190 (met maar liefst 12 broedparen in het in Extremadura gelegen nationaal park Monfragüe), maar dat is dan ook bijna alles wat er is. De soort is een endeem van het Iberisch schiereiland. Op één broedpaar in Portugal na komen ze nergens anders dan in Spanje voor, al zijn er enkele gevallen bekend van dwaalgasten in het zuiden van Frankrijk, Marokko en zelfs Nederland (6 mei 2007, Budel Dorplein, rouleert nog binnen de CDNA).
Op donderdag 26 februari vertrok ik uit standplaats Cáseres voor een bezoek aan de Sierra de San Pedro, het meest westelijke puntje van de Extremadura en grenzend aan Portugal. Hoofddoel (althans voor mij): de Spaanse Keizerarend. Ik was met nog 25 gelijkgestemden drie volle dagen in Spanje op uitnodiging van het Spaans Verkeersbureau en het verkeersbureau van de Extremadura. Het is er deze organisaties veel aan gelegen het aantal toeristen naar deze door de grote toeristenstroom gemeden regio te verhogen. Grootste troeven: natuur, historie en cultuur.
De oude brug over de rivier de Salor in de Sierra de San Pedro, met onder andere Zwarte Tapuit, Blauwe Rotslijster en Otter, 26 februari 2009 (Laurens B. Steijn)
De Sierra de San Pedro is binnen de Extremadura nog weer een extra ´vergeten´ gebied en behoorlijk ´underwatched´. Het gebied herbergt in ieder geval een gezonde roofvogelpopulatie. Vanaf het bij Herreruela gelegen voormalige treinstation (voor schapentransport) was er goed zicht op het gebergte. Gestimuleerd door de warmte van de late ochtendzon stegen de onvermijdelijke Vale Gieren Gyps fulvus en de eerste schitterende Monniksgieren van de trip op. Tussen de lappen van gieren zweefden enkele kleinere vogels. De Spaanse gids sprak het ´Spanish Imperial Eagle´ net zo snel uit als ik ´Tik!´ kon zeggen. Het ging om twee adulte vogels, waarvan het ene exemplaar bijzonder veel wit op de vleugelvoorrand had. Er werden enige stootduiken uitgevoerd, waaruit we concludeerden dat het om een baltsend paartje ging. Toen de beide vogels al zeilend dichterbij kwamen was de zeer forse snavel te zien. Een aantal malen werd zelfs de roep gehoord; een beetje eendachtig. Tussen de gieren werd al snel nog een kleinere roofvogel ontdekt, ditmaal een prachtige onvolwassen Spaanse Keizerarend. Van het roodbruine jeugdkleed was niets over; de vogel leek bijna geheel witte bovenvleugeldekveren te hebben. Hoe kun je een vogel in een dergelijk kleed op enige afstand onderscheiden van een even oude Keizerarend als je je niet in de winter in de Extremadura zou bevinden? Al te diep zijn we die dag niet op deze vraag ingegaan, want het blijft genieten van soorten als Aasgier Neophron percnopterus (alleen adulte vogels), Steenarend Aquila chrysaetos (de lastigste arend van de trip), de niet te missen maar ook endemische Blauwe Ekster Cyanopica cooki, Slangenarend Circaetus gallicus, Grijze Gors Emberiza cia, Blauwe Rotslijster Monticola solitarius, Zwarte Tapuit Oenanthe leucura en Iberische Klapekster Lanius meridionalis (tik!). Edelherten Cervus elaphus, een zwemmend Wild Zwijn Sus scrofa en twee Otters Lutra lutra zorgden voor afwisseling.
Een Spaanse Keizerarend / Spanish Imperial Eagle Aquila adalberti in de Sierra de San Pedro met heel veel wit op de voorvleugelrand, 26 februari 2009 (Klaus Malling Olsen)
Dat de grote arenden in de knip zaten was wel prettig. Je kunt een hele dag in het gebied rondrijden zonder een Spaanse Keizerarend of Steenarend te zien; zoveel zijn er nu ook weer niet. De Spaanse Keizerarend heeft te lijden van de achteruitgang van het konijn, een heel belangrijke prooi. Door de Spaanse natuurbeschermers worden ze een beetje geholpen met voerplaatsen. Het weer zat ons gelukkig erg mee, want je kunt je voorstellen dat arenden bij windkracht negen en felle regen wel wat anders te doen hebben dan baltsen en voedsel zoeken.
Ik had nog wel een soort op de verlanglijst: Havikarend Aquila fasciata. Door de gids waren we al gewaarschuwd; tijdens de lunch in een gelegenheid oost van Santiago de Alcantara moesten we opletten op deze soort. Die kwam hier vaak langs. En inderdaad, na de lunch kregen we een fantastische adulte vogel in de kijker die recht over de eetgelegenheid (vanaf nu: Café Bonelli´s) kwam zetten. Het is dan altijd even kijken waar de tweede vogel is; die kwam er vlak achteraan. De Havikarenden deden dit tripje alle clichés die over deze soort de ronde doen eer aan: ze vliegen vaak midden op de dag en altijd met z´n tweeën. Drie keer in drie dagen kwamen we een paar tegen: bij ´Cafe Bonelli´s, bij de ´romaanse brug´ bij Villarreal de San Carlos in Monfragüe en bij de brug over de Almonte ten zuiden van Monroy. Van het laatste paar was een van de vogels nog niet helemaal adult.
Een schitterende adulte Havikarend / Bonelli's Eagle Aquila fasciata bij ´Café Bonelli´s´, 26 februari 2009 (Klaus Malling Olsen)
Een onafscheidelijk paartje Havikarend / Bonelli's Eagle Aquila fasciata bij Villarreal de San Carlos, waarvan de linker vogel nog niet helemaal het volwassen kleed heeft, 27 februari 2009 (Klaus Malling Olsen)
De eerste dag in het veld kregen we al een voorproefje van wat ons de derde dag te wachten stond: twee overvliegende Grote Trappen over het natuurpark Los Barruecos (net ten westen van Cāceres) preludeerden op de hele set steppevogels die we zaterdag hopelijk zouden zien. De Amerikaan in het gezelschap had meer oog voor het schitterend mannetje Buidelmees Remiz pendulinus in de rietpluimen. Voor Nederlandse vogelaars is het park niet zo interessant (Cetti´s Zanger Cettia cetti, IJsvogel Alcedo atthis). Voor wie de zang van de Zwarte Spreeuw Sturnus unicolor wil leren kennen weer wel.
Vrijdag 27 februari stond in het teken van het nationaal park Monfragüe en een bezoek aan de Feria Internacional de Turismo Ornithologico (Extremadura Birdwatching Fair). Het uitzichtpunt Salto del Gitano is een droom voor elke reisleider: Vale Gieren en Monniksgieren zitten hier standaard op het nest of vliegend rond, een paartje Zwarte Ooievaar Ciconia nigra komt al 15 jaar op een nest waar je zo in kan kijken en Blauwe Rotslijster en Grijze Gors behoren tot het meubilair van deze o zo populaire stop voor vogeltoeristen. Mooi dat er weer een adulte Spaanse Keizerarend langs kwam, maar ook nu was het daarna de hele dag gedaan met deze soort. Een nest van Spaanse Keizerarend wat van hieraf zichtbaar was is inmiddels jammer genoeg gekraakt door een paartje Vale Gier. Appelvink Coccothraustes coccothraustes is hier opvallend gewoon, net als Zwartkop Sylvia atricapilla, etend van de Wilde Olijf. Rotszwaluwen Ptyonoprogne rupestris en Roodstuitzwaluwen Cecropis daurica vliegen rond alsof ze nooit zijn weggeweest en het is altijd leuk om weer eens een afwijkend Staartmees-taxon (Aegithalos caudatus irbii) te zien.
In kleine groepjes, tussen de Vale Gieren of solitair zeilend en zwevend boven de eindeloze vlakten; de majestueze Monninksgier / Cinereous Vulture Aegypius monachus verveelt nooit, 27 februari 2009 (Klaus Malling Olsen)
De Spaanse Birdfair (dit jaar van 27 februari-1 maart) was uitstekend georganiseerd, met goede faciliteiten. Maar het is toch meer een beurs met een hele reeks VVV´s, die allemaal hun regio aanprijzen als uitstekend vogelgebied. Waarschijnlijk terecht, want waar in Spanje is het nu niet lekker vogelen? De straat met optiek was wel indrukwekkend. De boomgaarden rond het dorp waren nog goed voor Kleine Zwartkop Sylvia melanocephala, de eerste Baardgrasmus Sylvia cantillans, Cirlgors Emberiza cirlus en Thekla Leeuwerik Galerida theklae, terwijl nu eens niet alleen voor Britse en Scandinavische vogelaars maar ook voor de Nederlanders de Kuifleeuwerik Galeria cristata bijzonder is geworden!
Zaterdag 28 februari was steppevogeldag. Bij de eerste stop langs de weg tussen Trujillo en Santa Marta de Magasca was het meteen raak. Een groep van 42 Grote Trappen, waaronder enkele mannetjes die kort baltsten. Het ´grut´ dat er tussen liep bleek een tiental Kleine Trappen, waarvan opvallend genoeg geen enkele in volledig zomerkleed. Kalanderleeuweriken Melanocoripha calandra waren zeer actief met zingen en baltsen. Een groep Witbuikzandhoenders landde op enige afstand, maar de vogels konden in de telescoop goed bekeken worden. Ook werden enkele Zwartbuikzandhoenders gespot, zoals gewoonlijk net effe te ver weg. Nadat we ook nog omgeven werden door Kuifkoekoeken en Iberische Klapeksters kregen we de indruk dat deze stop niet te overtreffen zou zijn. Die indruk bleek juist, al konden we ons de hele dag nog prima vermaken met de gieren, groepjes overwinterende Veldleeuweriken Alauda arvensis, de laatste groepen Kraanvogels, Rode Wouw Milvus milvus, Spaanse Mus Passer hispaniolensis, Zwarte Spreeuw, Raaf Corvus corax, Griel Burhinus oedinemus , Hop Upupa epops en gewoner spul. De Grauwe Gors Emberiza calandra bleek bij elk afzichtelijk paardeweitje te zingen. Dat de vogel in Nederland uit de prachtigste landschappen verdwijnt moet dan toch wel met het klimaat te maken hebben?
Een flinke groep Grote Trappen / Great Bustards Otis tarda, vlak naast de weg, 28 februari 2009 (Laurens B. Steijn)
De Grote Trappen / Great Bustards Otis tarda stijgen moeiteloos van de grond en vliegen soepeltjes, 28 febuari 2009 (Klaus Malling Olsen)
Als afsluiter van de dag nog een droom van elke vogelreisleider: het bekende paartje Grijze Wouw Elanus caeruleus bij Monroy (het weggetje in bij de parasoldennen met Ooievaarskolonie). Een groep Franse vogelaars kwam er net van terug, maar aan hun gezichtsuitdrukking en gemompel was volstrekt niet te zien of te horen of ze de vogels nu gezien hadden of niet. Ach ja, Nederlandse vogelaars staan bij hun buitenlandse collega´s nu eenmaal bekend als uitzonderlijk extravert en enthousiast. Franse vogelaars zijn duidelijk wat meer ingetogen (of gewoon chagrijnig). De schitterende vogels werden door onze groep in ieder geval jagend, baltsend en copulerend (daar nemen ze dus niet veel tijd voor...) gezien. Mochten ze hier onverhoopt niet aangetroffen worden; vanaf de spot zagen we in de verte aan de andere kant van de weg met de parasoldennen ook een paartje vliegen. Terug in Cāseres maakten we nog een ornithologisch fenomeen mee. Vlak bij een vuilnisbelt aan de oostkant van het stadje is een enorme slaapplaats van Koereiger Bubulcus ibis. Met honderden tegelijk vliegen ze in de avondschemer van alle kanten aan naar deze weinig aantrekkelijke locatie.
De Grijze Wouw / Black-winged Kite Elanus caeruleus in zijn overbekende domein bij Monroy, 28 februari 2009 (Klaus Malling Olsen)
De Extremadura biedt meer dan vogels. Het nabijgelegen stadje Trujillo is bekender, maar ook Cáseres bleek een schitterende historische binnenstad te hebben, die bovendien sinds de zestiende eeuw geheel intact gebleven is. Waar de Kleine Torenvalk z´n voordeel mee doet. Wie houdt van streekgebonden producten kan hier z´n hart ophalen. Overal in de winkels hangen hammen van de eikelsetende varkens van de dehesa´s. Edelhert wordt veel geserveerd in de restaurants. De soort staat door z´n aantal en eetgewoontes herbebossing van geërodeerde of van Eucalyptusbomen geschoonde hellingen in de weg en wordt daarom bejaagd.
Zondag 1 maart voer de route naar het vliegveld van Madrid nog langs het bij een kerncentrale behorende Arrocampo reservoir. Het water van het meer heeft omdat het als koelwater wordt gebruikt een iets hogere temperatuur. De Purperkoet Porphyrio porphyrio doet er z´n voordeel mee. Een Bruine Kiekendief Circus aeruginosus wiegde boven het riet, een Roerdomp Botaurus stellaris hoempte. Verder: Ralreiger Ardeola ralloides, Wouwaap Ixobrycgus minutus en zingende Kleine Karekiet Acrocephalus scirpaceus en Rietzanger Acrocephalus schoenobaenus. Zomer! Dat bleek terug in Nederland toch weer tegen te vallen.
Voor algemene toeristische informatie kan men terecht op www.turismoextremadura.com.
Het adres van het hoofdkantoor van deze VVV:
Avda de Extremadura 5B
06800 Merida
Spanje
Telefoon: 00 34 924304607
Door tal van reisorganisaties worden georganiseerde vogelreizen naar de Extremadura aangeboden. Een van die organisaties is het Nederlandse Birding Breaks.nl. Begunstigers van de Dutch Birding Association krijgen een korting van EUR 50 per persoon bij het boeken van de Spanje-Extremadura reis van 8 t/m 15 mei 2009 (www.birdingbreaks.nl).
Met dank aan Klaus Malling Olsen en Laurens Steijn voor het beschikbaar stellen van hun foto´s.
Gijsbert van der Bent
Schrijver dezes (in het midden) met zijn reisgenoten genieten van alles wat de steppe van de Extremadura te bieden heeft, 28 februari 2009 (Klaus Malling Olsen)
De Sierra de San Pedro is het meest westelijke puntje van de Extremadura en een uitstekend gebied voor de grote rovers (klik op foto voor uitvergrootte versie).
68091 views
Reacties:
Door: Albert van den Ende, maandag 16 maart 2009 09:46 |
Erg leuk verhaal, Gijs! Ik lees net op de Madeira Wind Birds site (www.madeirabirds.com) dat het mannetje van het enige broedpaar Spaanse Keizerarend in Portugal eind februari geschoten is. Trieste toestanden daar ... Groeten, Albert |
Gewijzigd op: 2009-03-16 19:41:01 |
Door: Gijsbert van der Bent, maandag 16 maart 2009 10:43 |
Dat is inderdaad erg triest. Ik had het gevoel dat die roofvogels daar wel veilig waren, met voor de jagers genoeg ander spul (edelherten, uitgezette rode partijzen en dergelijke). Eind februari, net toen wij aan de Portugese grens waren... |
Door: Gijsbert van der Bent, zondag 12 april 2009 11:51 |
Er blijkt bij nader inzien nog een paartje Spaanse Keizerarend in Portugal te zijn, maar het geschoten exemplaar was de helft van het enige paar met broedsucces. |
Gewijzigd op: 2009-04-13 22:29:58 |